‘We maakten in Irak echt een verschil'

Op woensdag 27 september is het Delftse Veteranendag. Burgemeester Marja van Bijsterveldt nodigt Delftse veteranen traditiegetrouw uit voor een bijeenkomst in het stadhuis, als blijk van waardering én erkenning. John van Gorp en Marcel Molenkamp (rechts op de foto) van het Delftse Veteranencomité zijn erbij. Ze vervulden in 1991 een deel van hun militaire dienstplicht tijdens de humanitaire missie Provide Comfort, een internationale militaire en humanitaire operatie in Noord-Irak. “We wisten niet wat ons te wachten stond. Maar het was wel serious business, zo werd ons verteld.” 

Koerdische vluchtelingen

De missie was nodig nadat de Iraakse Republikeinse Garde van dictator Saddam Hoessein in 1991 een opstand van Koerden in het noorden van Irak had neergeslagen. Honderdduizenden Koerden vluchtten de bergen in, uit angst voor vergelding. Ze verbleven er onder erbarmelijke omstandigheden. Dagelijks stierven kinderen en ouderen door kou, ziektes en gebrek aan water en voedsel. 

Veilige terugkeer

Dankzij VN-resolutie 688 kan in april 1991 een internationale coalitie het gebied in om een einde te maken aan de humanitaire ramp. Een veiligheidszone wordt beschermd door een internationale troepenmacht van 25.000 militairen. Het gebied wordt een gedemilitariseerde zone én een no-fly-zone. Het Iraakse leger moet op afstand blijven. 

Nederland levert

Nederland levert ruim 1100 mannen en vrouwen. Ze zetten tentenkampen op voor de vluchtelingen, maken latrines, zorgen voor drinkwater en bemensen het ziekenhuis van Zakho. Vluchtelingen worden medisch gescreend en waar nodig ingeënt. Wie er slecht aan toe is, het zijn met name kinderen, gaat naar het ziekenhuis. Er wordt alles aan gedaan om een veilige terugkeer naar dorpen en steden mogelijk te maken.

Basiskamp

John en Marcel werkten in en vanuit het basiskamp in de buurt van Zakho. Het is de thuisbasis van het 11de Geniehulpbataljon, een samenvoeging van het 11e Geniebataljon uit Wezep en de 121ste Licht Chirurgisch Veld Hospitaal Compagnie uit Ermelo. John gaat aan de slag als logistiek medewerker/chauffeur. Hij vervoert personeel, brengt een team van Artsen zonder Grenzen naar een gewonde, begeleidt transporten met medische materialen, maakt schoon in het ziekenhuis en helpt bij het uitzoeken van medicijnen. Marcel is kok en bereidt dagelijks 600 maaltijden. 

Geen directe dreiging

John: “Er was geen directe dreiging, maar je wist nooit wat de volgende dag zou brengen. Marcel: “We gingen regelmatig met de foerier boodschappen doen in Zakho. Dan denk je maar niet na wat er onderweg kan gebeuren. Er lagen immers nog mijnen en bermbommen.” John: “Een situatie kon zo maar uit de hand lopen, maar die gedachten gooi je uit je systeem. Anders kan je je werk niet doen.”

Anders gaan denken

De missie duurt voor de Nederlanders zeven weken. Ze keren terug, maar in Nederland is er nauwelijks interesse in hun verhaal. John: “Als ik het er met vrienden over had, was het vaak: nu even niet. Velen begrijpen de impact niet. Maar we hebben met deze missie onder moeilijke omstandigheden wél een verschil gemaakt. We hebben mensenlevens gered en ervoor gezorgd dat de vluchtelingen terug konden naar hun dorpen en steden. Ik ben na terugkeer ook anders gaan denken. Hier is het veel ‘ieder voor zich’. Er zijn weinig uitdagingen, alles is geregeld. Mensen raken al in paniek als de wifi het niet doet.” 

Impact op je leven

John en Marcel zaten in dezelfde periode in Noord-Irak, maar hebben elkaar nooit ontmoet. Dat gebeurde pas op de Delftse Veteranendag in 2022. Marcel: “Ik kreeg altijd netjes een uitnodiging. Ik ging nooit, maar vorig jaar dacht ik: laat ik eens gaan. Toen raakte ik met John aan de praat. Het is fijn als iemand je begrijpt. Wij hebben als ondersteunend personeel niet in de vuurlinie gelegen, we zijn niet beschadigd teruggekeerd. Maar toch heeft het impact op je verdere leven.” 

Verhalen delen

John: “Het is belangrijk om verhalen te delen. Ik vertel daarom woensdag mijn verhaal. En we hebben het plan om veteranen te gaan interviewen en hun ervaringen vast te leggen. Op die manier blijven de verhalen van Delftse veteranen voor de toekomst bewaard.” 

Foto: Erwin Dijkgraaf