Week van lezen en schrijven

In Delft hebben ongeveer 4.000 volwassenen moeite met basisvaardigheden zoals Nederlands  lezen, schrijven of rekenen. Ook werken met een computer of mobiele telefoon vinden veel mensen lastig. In de Week van lezen en schrijven - van 8 tot 16 september vragen gemeenten en organisaties in Nederland extra aandacht voor deze basisvaardigheden. Ook Delft laat zien welke kansen er zijn voor Delftenaren om deze vaardigheden te verbeteren.

Waarom is dat belangrijk?

Wethouder Joëlle Gooijer: “Voor mensen die moeite hebben met taal, rekenen of werken met een computer is het vaak ook lastiger om bijvoorbeeld geldzaken te regelen, aanspraak te maken op regelingen of een nieuwe baan te vinden. Goede basisvaardigheden zijn belangrijk om goed mee te kunnen doen in de samenleving. Het is belangrijk dat mensen weten dat ze niet de enige zijn en dat ze advies en hulp kunnen krijgen. Bijvoorbeeld als ze een brief niet begrijpen. Of als ze hun taal-, reken- of computervaardigheden willen verbeteren.”

Waar kunt u in Delft terecht ?

Iedereen met een taalvraag kan aankloppen bij DOK Taalhuis. De medewerkers van het Taalhuis weten welk aanbod er is in Delft en kunnen mensen doorverwijzen naar taalpartners. Bijvoorbeeld naar ROC Mondriaan voor cursussen basiseducatie of naar een cursus Taal Op Eigen Kracht (zie interview op deze pagina). Of naar een taal- of rekenmaatje om een-op-een mee te oefenen. Daarnaast moedigt de gemeente werkgevers in Delft aan om cursussen Taal op de werkvloer aan te bieden aan hun medewerkers. De regionale campagne Doe Weer Mee! helpt mensen te motiveren om hun basisvaardigheden te verbeteren.

Alles begint met taal

In Delft krijgen organisaties alle ruimte om zélf taalprojecten te organiseren voor inwoners van Delft. Taal Op Eigen Kracht noemen we dat. De gemeente helpt waar nodig met advies en geld. Eén van die organisaties is de Stichting Ferdosi. “Wij zijn er voor alle inwoners van Delft”, zegt voorzitter Manijeh Karimkhani (rechts op de foto).

Ferdosi biedt NT2-cursussen aan. Dit zijn taallessen voor mensen met een andere moedertaal die (beter) Nederlands willen leren. “Sinds de start in 2011 hebben al 950 inwoners uit Delft een taalcursus bij ons gevolgd”, zegt Manijeh. “Sinds mei 2022 bedienen we onder meer ook verschillende groepen Oekraïners.” Het programma bij Ferdosi duurt 24 weken. Cursisten krijgen 2 keer per week 2 uur les van bevoegde docenten.  

Meedoen

Zelf kwam Manijeh 40 jaar geleden uit Iran naar Nederland. “Ik merkte al snel dat alles met taal begint”, zegt ze. “Pas als je de taal onder de knie hebt, kun je goed meedoen. Ik zie het steeds weer. Mijn cursisten zijn zo blij en trots als ze zich na de cursus beter kunnen redden in het Nederlands.”

De Oekraïense Vita Sidorchuk (links op de foto) is één van de cursisten van Ferdosi. In mei 2022 kwam ze samen met haar dochter in Delft wonen. “Ik wilde heel graag snel een baan vinden én de Nederlandse taal leren”, zegt Vita in goed verstaanbaar Nederlands. “En dat is gelukt.” 

Sneller leren

Vita werkt als docent wiskunde bij de Internationale Schakelklas (ISK) van het Grotius College. In Oekraïne was ze ook docent wiskunde. “Het eerste jaar bij de ISK gaf ik les aan Oekraïense leerlingen”, zegt Vita. “Nu ik de cursus heb gedaan, kan ik ook leerlingen van andere nationaliteiten lesgeven. Ik spreek nu zoveel mogelijk Nederlands met mijn eigen leerlingen. Zo kunnen zij de taal ook sneller leren. Ik ben zo blij en dankbaar dat ik deze kansen krijg.”