Vrijlatingsregeling

Heeft u een bijstandsuitkering? En heeft u inkomsten uit werk? Dan heeft u in een aantal gevallen recht op vrijlating. Dat betekent dat u een deel van de inkomsten uit arbeid mag houden. Dit is bovenop de uitkering.

Hieronder leggen we uit wanneer u recht heeft op vrijlating van inkomsten. We geven aan hoeveel inkomen u mag houden. En voor hoeveel maanden.

Er zijn 4 vrijlatingsregelingen:

  • Algemene vrijlatingsregeling
  • Vrijlatingsregeling door medische redenen
  • Vrijlatingsregeling werken met loonkostensubsidie
  • Vrijlatingsregeling alleenstaande ouders

Hoe het werkt

U hoeft de vrijlatingsregeling niet aan te vragen. Als u een uitkering heeft en aan de voorwaarden voldoet, krijgt u de vrijlating automatisch. Het kan zijn dat de gemeente u wel om informatie vraagt.

Geef wijzigingen door

Heeft u een uitkering? Dan bent u verplicht alle wijzigingen in uw persoonlijke situatie. En inkomen of vermogen aan de gemeente door te geven. De gemeente berekent de vrijlating aan de hand van het door u ingevulde wijzigingsformulier.

Geeft u wijzigingen in uw inkomen niet door? Dan heeft u geen recht op inkomstenvrijlating.

Gevolgen voor toeslagen

De vrijlating is voor u altijd financieel voordeliger. Maar het kan gevolgen hebben voor uw toeslagen. Maak hier een proefberekening. En bekijk wat voor uw situatie geldt. 

Wilt u hulp bij de proefberekening? De Formulierenbrigade van Delft voor Elkaar helpt u graag. Bel 015  760 02 00 voor het maken van een afspraak.

De vrijlating voor uw partner

Krijgt u samen met uw partner een uitkering? Gaat uw partner werken en voldoet uw partner aan de voorwaarden? Dan heeft uw partner recht op de vrijlating.

Geen recht op vrijlating

U heeft geen recht op vrijlating als:

  • u verkeerde informatie over uw inkomsten doorgeeft, waardoor u te veel uitkering ontvangt
  • u geen gebruik maakt van de mogelijkheid om meer te werken
  • u er zelf voor kiest om minder te gaan werken, waardoor het bedrag dat u aan uitkering ontvangt hoger wordt

Algemene vrijlatingsregeling

U heeft recht op vrijlating als:

  • u een alleenstaand ouder bent met een kind jonger dan 12 jaar
  • u een mantelzorger bent voor tenminste 8 uur per week. En u dit doet voor uw echtgenoot, partner of bloedverwant in de 1e graad.
  • u ouder bent dan 57 ½ jaar en er weinig uitzicht bestaat op meer werk
  • u medische of sociale belemmeringen heeft
  • u werkt met loonkostensubsidie

Deze vrijlating geldt niet voor mensen jonger dan 27 jaar.

Met de algemene vrijlatingsregeling mag u maximaal 6 maanden 25% van uw inkomen houden. Met een maximum van € 264 per maand. Dit is bovenop uw uitkering. 

De vrijlatingsregeling duurt maximaal 6 maanden. Dit hoeft geen aaneengesloten periode te zijn. Na 6 maanden houdt de gemeente uw inkomsten volledig in op uw uitkering. Behalve als u recht heeft op een andere vrijlatingsregeling. De vrijlatingsregeling geldt alleen in de maanden waarin u inkomsten heeft uit werk.

U kunt één keer vrijlating krijgen tijdens de tijd dat u een uitkering ontvangt. Die periode begint wanneer uw uitkering krijgt. En eindigt wanneer uw uitkering stopt. Is er een korte stop van uw uitkering van minder dan 30 dagen? Dan geldt dat als één en dezelfde bijstandsperiode.

Vrijlatingsregeling door medische redenen

Kunt u door medische redenen zoals ziekte, handicap of zwangerschap niet genoeg werken? En is uw inkomen lager dan de bijstand? Dan heeft u recht op een vrijlating van 15% op alle inkomsten uit deeltijdwerk. Met een maximum van € 167,07 euro per maand. De gemeente kan het UWV vragen te beoordelen of er inderdaad medische redenen zijn.

Bent u ouder dan 27 jaar? Dan heeft u eerst recht op 6 maanden algemene vrijlatingsregeling.

Vrijlatingsregeling werken met loonkostensubsidie

Werkt u met loonkostensubsidie? Dan komt u in aanmerking voor de vrijlatingsregeling doelgroep loonkostensubsidie. De vrijlating geldt alleen voor de inkomsten verdiend met de uren waarin met loonkostensubsidie wordt gewerkt.

Bent u ouder dan 27 jaar? Dan heeft u eerst recht op 6 maanden algemene vrijlatingsregeling.

De vrijlatingsregeling doelgroep loonkostensubsidie duurt maximaal 12 maanden. En is 15% van de inkomsten met een maximum van € 167,07 per maand.

Na de vrijlating van 12 maanden heeft u mogelijk recht op verlenging van de vrijlating voor onbepaalde tijd. Dat kan alleen als u door uw persoonlijke situatie niet meer uren kunt werken. De gemeente beoordeelt of u recht op verlenging heeft.

Deze vrijlating geldt niet op de IOAW en IOAZ.

Vrijlatingsregeling alleenstaande ouders

Bent u een alleenstaande ouder van 27 jaar of ouder? En heeft u kinderen jonger dan 12 jaar? Dan komt u na de 6 maanden algemene vrijlatingsregeling in aanmerking voor de vrijlatingsregeling alleenstaande ouders. Deze vrijlating duurt maximaal 30 maanden in een aaneengesloten periode. En is 12,5% van de inkomsten met een maximum van € 164,73 per maand.